Hof
thon Alvinchove.
( Van Alvinchove tot Olminkhof)
Archeologie.
Is de plek van de Hof thon Alvinchove al echt heel oud, archeologische vondsten tonen een nog veel oudere bewoning aan.
Rond 1970 had mijn broer
Gerard Olminkhof, toenmalig bouwman op de
“Jonge Scholte”, op 2 plekken
een maiskuil. En daar waar gegraven wordt kunnen archeologische vondsten worden gedaan. Zo zag de Eibergse amateur-archeoloog de heer
Herman Schepers, zijn kans om op die plekken waar gegraven werd/was, rond te
speuren en niet tevergeefs !
Beide plekken zijn
hooggelegen gronden reden waarom Gerard juist daar die kuilen had, zodat
vanwege neerslag in de winter de plek goed begaanbaar is en daardoor de
openbare weg, die moest worden overgestoken, minimaal door modder werd bevuild.
De plek aan de Stokkersweg, ten oosten van het erf gelegen, is 22.8 m. boven
N.A.P.
Zie fragment Topografische
kaart van Nederland nr. 34 D.
Daar op “de Es”, in de 16e eeuw "Altinshoffs Esche" genoemd, aan de Stokkersweg vond Herman Schepers scherven van gebakken aardewerk uit de IJzertijd (700 - 50 v.Chr.).
Het perceel “Brinkgaarden”
ten N.N.O. van het erf, aan de Needseweg gelegen, heb ik altijd beschouwd
zijnde de plek van de oudste Hof thon Alvinchove; het is hooggegelegen , echter
wat lager dan “de Es”, maar hoog genoeg om bij een eventuele overstroming van
de rivier de Berkel, toch op een droge plek te wonen.
Daar op “de Brinkgaarden”
vond Herman Schepers vuurstenen pijlpunten ( mogelijk 5000 tot 7000 jaar oud
). Enige pijlpunten zijn slechts ca.
een halve cm. lang ( Ooit zag ik te Grimshaw, Alberta, Canada vuurstenen
pijlpunten die veel langer waren, minstens 3 á 4 cm. lang.) Om een pijlpunt te
kunnen maken ontstaat er veel afslag en ook werd veel daarvan gevonden.
Ook werd er een zgn.
knoopkrabber gevonden die gebruikt werden om huiden schoon te maken.
Verder vond Herman Schepers
daar ook scherven van een zgn. kogelpot uit de periode 800 na C. Ook stukjes
scherf van zgn. Pingsdorf aardewerk afkomstig uit het Rheinland nabij Keulen D.
Dit is al import uit lang vervlogen tijden!
Een andere belangrijke vondst
is het spinklosje.
In het (Scholten)- Broek, voor 1696 ook Alvinckbroeke genoemd, vond Herman Schepers ook een vuurstenen pijlpunt; niet zo verwonderlijk, omdat in die weilanden veel wild leefde.
Mijn vader (1880 – 1958)
vertelde daarover dat zijn oud-oom, hij noemde hem altijd Lambert-oom, een
hartstochtelijk jager was en daar in het Broek kwam deze echt aan zijn trekken.
(Zie “800 Jaar Olminkhof” van
ondergetekende, hoofdstuk IV, De bewoners van de Jonge Scholte en zij die er
geboren werden, pagina 26 en 27.)
(Even terug in de tijd, ten tijde van mijn jeugd. Toen in de Tweede Wereldoorlog mijn 3 broers verplicht waren om voor de Duitse weermacht te werken, moest ik ”de Brinkgaarden” omploegen. Als 13-jarige jongen met een 2-span paarden te mogen werken was maar wat fijn. Maar ik was klein van stuk en kon met heel veel moeite de wentelploeg omwentelen, wat soms gewoon niet lukte en ik heb meerdere keren op de wendakker staan huilen uit onmacht, ik kreeg die ploeg maar niet om. Denk ik nu terug, dan was dat de laatste keer dat ik heb gehuild.)
De alleroudste vermelding.
Deskundigen nemen aan dat de
zg. –ink namen zijn ontstaan rond de 8ste eeuw, zoals
bijvoorbeeld: Alferink , Reijerink , Welmerink , etc.
Tot in de 19de
eeuw werd de naam Olminkhof soms geschreven als
Olmink – hof; de -ink uitgang betekent: zoon van of behorende bij.
De naam Olminkhof vindt zijn
ontstaan in de oeroude persoonsnaam Alvinc . De vermelding rond de 12de
eeuw is dan ook Alvinchove en het goed Olminkhof werd toen dan ook gekend als
de Hof thon Alvinchove.
Deze erfnaam is onze
familienaam geworden, zoals dat gebruikelijk was in de Achterhoek, Twente en in
het aangrenzende Münsterland.
De oudste vermeldingen en de variaties op Olminkhof.
1188 Graaf Heinrich von Dahl, heer van Diepenheim, liet in dat jaar een lijst van al zijn bezittingen opmaken. In die goederenlijst wordt o.a. de Hof thon Alvinchove vermeld. Het jaartal 1188 wordt door sommige deskundigen bestreden en zij denken dat deze goederenlijst van latere datum zou zijn, echter heeft niemand dit aan kunnen tonen en zo lang dit niet is bewezen houden we het jaartal 1188 aan.
1216 Affinchove wordt genoemd in een pauselijke bevestigings-
Oorkonde.
1226
Op 27 januari van dat
jaar wordt Alvinchove genoemd in een
overeenkomst
tussen de bisschop van Utrecht en de graaf van
Gelre.
De bisschop beloofde ondermeer dat hij
zou proberen deze hof (en de hof te Lintvelde) van het kapittel van St. Jan
te
verkrijgen en aan de graaf over te dragen, want in 1246 en 1269 behoort
Alvinchove nog tot het stipendiumgoed van het kapittel.
1249 Alvenhove.
1269 Alvenghove.
1269 Na dit jaar verdwijnen de Alvinchove en de hof te
Lintvelde uit het
bezit
van het kapittel.
1329
Op 30 juli (des
sunnendaghes na sunte Jacobus daghe).
Hermann,
Arnold en Rotger genaamd Unewissen, verkopen met toestemming van hun moeder en
hun zusters Sphyen en Jutten en de zoon van Jutta, Hermann, aan abdis Lutgarde
van Vreden hun rente en gerechtigheden aan de hof Alvinchove, namelijk 9
schillingen Lovensche penningen en 2 herbergen, een ” bi grase en een “bi
stro”voor 7 mark (“bed en breakfast” anno 1329 , eens in het voorjaar en eens
in het najaar!) voor het gerecht te Ludinchausen en voor de richters Bertold de
Herth uppen Orde, in aanwezigheid van Hermann, heer van Ludinchausen, Godeke
van Rechede, Ulf Krampe, Herbort Morrian, Bernhard van Rechlingen, Abraham van
Stuterslo, Arnold van Warmelo en Rotger van Ulsen.
Met
het zegel van Hermann van Ludinghausen.
1329
Op 19 augustus (dominica
post festum beati Laurencii martiris)
Ludolphus,
nobilis dominus de Strenvorde, oorkondt, dat voor hem Hermannus, zoon van
Rotgher de Olsen, afstand heeft gedaan van alle leen- en eigendomsrecht op 2
schillingen Lovelen(sium) denariorem en op het ius hospicii duorum temporum
anni in de hof Alvinchof. Getuigen: Hermannus, pastoor in Borchorst, ridder
Erpo de Rene, Rishardus de Scevene en diens zoon Gotfridus.
1360 Abdis Alydis van Benthem van het Stift te Vreden in
Westfalen
ontslaat
Beka en haar zoon Gerhardus thon Alvinchove uit de horigheid.
1376 Gerhardus Almynckhof is priester in het bisdom
Munster.
1395 17 September. Tot de pacht van de Alvinchove dragen
bij:
-
Gerhardus de Alvinchove
3 schilling uit Beesbekke, Hederike bij Markelo en Loghemerssch en
Bentlerbroeck.
-
Bolte Lutynch 17 ½
penning uit Rome of Roschenmersch.
-
Het Stift Aldenzaal van
Dalle 8 schilling.
-
Swartwalt in Groenlo van
Everdinck in Zumerse ( dit is Zomer Es een gebied op de grens Lichtenvoorde en
Zwolle gem. Eibergen.) 6 penningen en uit de Modincmaet 8 penning.
-
Tor Hove in de buurschap
Resepe, kerspel Geesteren, 30 penning, die de vicaris van Borculo in pacht
heeft.
-
Jakinck: 1 penning.
-
Sywerdinck tor Avest bij
Groenlo 7 penning.
-
Spenke: 1 obulus.
-
Mengerinch 1 penning.
-
Wesselus de Molendino in
Groenlo, van Broek in Lintlo 1 penning.
-
Besselinc in Lintlo 3
schilling, dat Lunteman in Groenlo onder zich heeft.
-
Gherhardus Sussekotte 6
penningen van Everscamp.
-
Tancinc in Linvelde 8
penningen. Dit goed wordt thans bezeten door Yda von der (Moelen?), een zuster
van Wesselus de Molendina.
-
Etc.
1446 Gert Scult ten Olvinchave is kerkmeester in Eibergen.
1495 11 Juni (des Dunredaghes na deme hilgen Pinxterdaghe).
Maria
schenkin
van erfpacht, vrouwe van het convent van Vreden, geeft aan Frerick van
Brunckhorst, heer tho Borclo, haar hofhorige Maricken toe Alynckhave dogter van
Johan en Gese ten Alynckhave geboren van het erf Alynckhave in het kerspel van
Eyberghe.
1557 Eyburgh, 9
februari. Hermannus tonn Alvinckhove, eme aene
wedderahm
frij gegeven vor 8 daler.
1563
Frijgegeven aen
wedderahem Alberten ton Oelminckhove uth
Eyberge
van Lambert end Gesen echte geboren, 8 daler.
1563/4 Vrijkoop van Gerbrecht ton Oelminckhove, 8 daler, wegens
“armoit” (Tachtigjarige oorlog.)
Nu volgen een aantal
Olminkhofs die ik nog niet kon plaatsen.
Scholte-zoon
trok ten strijde.
Van vader op zoon is de volgende familiegeschiedenis
verteld.
Op de Jonge Scholte te Olden Eibergen leefde eens een
jonge
boer, die enige zoon was. Hij ging mee vechten tegen
de
Spanjaarden en
bleef jaren weg.
Toen hij terugkeerde waren zijn ouders overleden en
de boer
van de Leugemors had de plaats maar in bezit genomen.
De Scholtezoon zag hem ploegen op zijn akker, en
schoot
woedend de
ploegstaart in zijn hand stuk.
Anderen vertellen dat de Scholtemui tien jaar op haar
man had
gewacht die in den oorlog was gegaan. Zij kreeg heel
veel
aanzoeken, en beloofde ten laatste dat het lot
beslissen zou,
wie haar man zou worden. Juist op die dag kwam haar
man
uit de oorlog terug.
( Een en ander zal zich afgespeeld hebben in de
Tachtige Jarige
Oorlog (1568 – 1648) . Het lijkt erop dat die boerenzoon Berent
Scholte Olminkhof is en Catharine te Leugemors zijn
vrouw,
mede door dat die
boer van het nabij gelegen Leugemors op het land van
Olminkhof aan het ploegen was. In het Algemeen Rijks
Archief
in Den Haag
is veel over vroegere oorlogen te vinden en zou
dit verhaal meer duidelijkheid kunnen
verschaffen.)
1630
Op 23 mei trouwden te
Neede Gerrit ten …………. en Essele ten
Ollinchove.
1646
Op 1 februari Ned.
Geref. gedoopt te Eibergen Jenneken
Ohlinckhoff dogter van Johan en Enneken Ohlinckhoff.
1646
Johan Ohlinckhoff zoon
van Johan en Enneken? (haar naam is
moeilijk leesbaar) gedoopt Ned. Geref. te Eibergen op
19 mei.
1661
Trijntjen ten Olminkhof
dogter van Jan ten Olminkhof in kerspel
Eibergen met Jan Muller zoon van zaliger Goosen Muller
in Haarlo. Zie ook bij 1702
1674 Op 13
februari werd te Neede Ned. Geref. gedoopt Maria
Binshorts dochter van Johan Binshorts en van Catharina
Oldingshoffs, peten
o.a. Margaretha Oldingshoffs.
1677
Gedoopt te Neede Ned.
Geref. op 20 of 30 mei Jenneken ten
Olminkhof, dochter van Jan te Olminkhof op Benssinck
en van Maria Russchemors.
1690
Wernerken Olminkhof
trouwde te Haaksbergen Bernt Gorkinck.
1702
Jan Muller alias
Loessinckkate en Trijntjen Olminkhof echtelie-
den en wonende te Haarlo, zij hebben een dochter
Altjen ten Cate.
1706
Fenneken Ollinkhof
trouwde op 3 october in Neede Ned. Geref.
met Harmen Becker.
1741
Garrit Olminkhoff
jongman zoon van wijlen Berent Olminkhoff
uit den Leugenmorshoek trouwde op 10 december met
Aaltjen
Tijgeloven jonge dochter van Jan Tijgeloven in
Holterhoek.
1748
Op 2 november trouwden
te Eibergen Berndina Olminkhof jonge
dogter van wijlen Harmen in Olden Eibergen met
Henderijck Ybink jong man zoon van Egbert Ybink onder Vreden.
Schulze Olinckhoff in Kirchspiel Billerbeck
Bauernschaft Dörholt, Amt Horstmar (Kloster Nottulen).
Ölingkhoff in Kirchspiel Darup Bauernschaft, Amt
Horstmar.
De pest.
1348
In dat jaar kwam de
pest, afkomstig uit Azie, voor het eerst in
ons land. In de 17de eeuw heeft de pest 3
keer toegeslagen: in
1630, 1636 en 1666. Voor de 17de eeuw moet
de pest ook eens zijn toegeslagen want toen was op Scholte Olminkhof iedereen
aan de pest bezweken. De hoeve was jarenlang onbewoond.
Een wolvenpaar had een nest in de “peerdenzomp”
(paardenvoerbak). En een berkenzaadje was door de schoorsteen neergedwarreld in
de as van de “heerd” (open haard), was opgeschoten tot een boom en stak hoog
boven de schoorsteen uit.
Toevoeging.
Alvinchof een familie in Groenlo mogelijk afkomstig
uit Olden Eibergen en deze Grolse familie is mogelijk verwant aan de Lochemse
burgermeestersfamilie Olinckhave.
1393
In dat jaar komen we
Peter Alvinchove in Groenlo tegen, dito een
naamgenoot in 1522.
1421
Engelbert te Aelvinckhave
ontfinck dat goet tot Wassinck, also
als dat met allen alden sijne tobehore in der
heerschap van Borckloe, in den kerspel van Grollo gelegen is, tot eenen
Zutphense leene voor een verledigt leen.
1432
ist Henrich von
Alvinchoff belehnet mit dem tenden over
den hoff to
Grollo ind over hoff to Gerverdinck in den Kirspel
Groll gelegen
…..e de van …. Und unsers Stifts Herrschap
van Ahus to leene …. emde is.
1444
Engelbert ten
Elvinchave.
1452
Henrich ten
A(e)lminchove en zijn zonen Peter, Menzo en Jacopp beloven
dat zij jonker heer to Bronchorst en Borclo niet meer
zullen hinderen in zijn visscherij in de stadsgrachten van Grol. (met het zwaar
geschonden zegel van Enghelbert ten Aelminchove.)
1452
Enghelbert ten
Aelvinchove en Henrick ten Aelvijnchave zijn
schepenen in Grol.
1458 …..ist Mento von
Alevinchoff gleichfalls belehnt ut supra.
1460 In den
jaer uns Heren IIIc unde Lx belene ick Gerit van
Hacforden den begynen to Grolle, in den aldesten
begynenhues, dat guet ter Stroet myt synen tobehoer, soe alze dat gheleghen is
in den kerspel van Grolle in der burscap van Beltrem. Daer heft vor gehult alze
eyn mombar Merlse then Owinvhave. To enen Zutphenschen rechte met enen punde to
verherweden so dicke alze die hulder versterft, behetelicken my myns rechten
unde enen ysliken des syns. Orkunde belender manne.
1484
In den jaere unss Heren
dusent vierhondert LXXXIIII dess donre-
dagen post Bertholomei heefft beleent Jacop van
Hacforden Jacop toe Aelvuchoff dat erve ind guedt toe Rybberdynck myt synen
toebehoir, gelegen in den kirspell van Gronloe in der buerscap van Belterem,
ten Zutphensen rechten, beheltlick syns rechten. Orkonde myn manne van leen
Wolter van Keppell van Verwolde ind Herman die Rode van Hekeren.
1489
In den jaere unss heren
dusent vierhondert LXXXIX post Cripine
et Crispiani heefft beleent Jacop van Hackforden Claes
then Oevuhaeve dat erve ind guet thoe
Rybberdynck myt synen toebehoirt, gelegen in den krispell van Grolloe in der
buerscap van Beltrem, ten Zutphenschen rechten, beheltick my ind een yltlyck
syns rechten. Urkonde manna van leen Henrick Haeffken ind Berndt Ketell.
1583
Op 19 september vond de
inscharing plaats van varkens in de
Ramsbeker Mark, o.a. Schulte Olminchoff 6 zwijnen de
lijfftuchtt 2 zwijnen, Schulte van Gyffell 6 zwijnen.
1497
ist Rotger van Hemmerden
uxorio nomine Nette van Alevinchof
belehnt.
1612
Op 8 october kreeg
iedere geerfde maar de helft om in te scharen in de
Ramsbeker mark omdat er zo weinig eikels waren in dat
jaar: Scholte Olminkhof 3, Frerich Jochems (is Harbers), de lijftucht Olminkhof
1, Scholte Giffel 3. Bij Scholte Olminkhof e.a. was aangetekent dat zij zelf de
zwijnen zullen hoeden.
****************************
De Lochemse burgermeestersfamilie ten Olinckhave.
Willem ten Olinckhave werd in 1545 geboren te Lochem,
overleden 20-5-1630 te Lochem, burgemeester en stadhouder van Lochem van 1607
tot 1630. Hij trouwde met Nanne ten Bijler geboren in 1547, overleden in
februari 1626 te Lochem, dochter van Tonnies ten Bijler en van Johanne Hovels.
Hun kinderen zijn:
1
Tonnies ten Aelinckhave
geboren in 1582 te Lochem. Hij trouwde op 4-11-1610 Ned. Geref. te Lochem met
Fenne te Kelholt. Als weduwnaar zijnde trouwde hij op 3-11-……? met Aelken Schmits/Spikers.
2
Gertruut ten Aelinckhave
geboren 15-6-1585 te Lochem.
3
Harmen ten Aelinckhave
geboren in 1587 te Lochem
4
Derksken ten Aelinckhave
beboren 17-1-1590 te Lochem, trouwde 25-3-1611 met Harmen Spijcker in Lochem,
als weduwnaar trouwde hij op 23-7-1626 met Hendrixken Zeevering.
5
Jenneken ten Aelinckhave
geboren 17-1-1592 te Lochem, trouwde 2-4-1617 met Jan Lubberdinck geboren ca.
1589 te Geesteren op erve Lubberdinck.
6
Gerryt ten Aelinckhave
geboren 29-8-1593 te Lochem.
7
Anna ten Aelvinckhave
geboren 11-1-1596 te Lochem.
Dankbetuiging.
Mede
dank zij speurwerk van Bennie te Vaarwerk, archivaris (en buitengewoon goed
geschiedkundige), o.a. van de oudste vermeldingen Olminkhof en hetgeen ik in de
loop van vele jaren vond, kon deze samenvatting worden opgesteld.
T.a.v.
de archeologie betuig ik mijn oprechte dank aan Herman Schepers, want door hem
kon aan het heel verre verleden veel worden onttrokken.
Wehl, 18-3-2003. Joop Olminkhof.